Search

Lauk Woltring

Print Friendly, PDF & Email

Meer plezier en effect bij het werken met jongens:
in onderwijs, opvoeding of elders

Links naar mijn boeken: De ontwikkeling van jongens in het onderwijs en Dat maak ik zelf wel uit!?

 Opgroeien en opvoeden is uitvinden. De kern is steeds: wat heeft dít kind nú nodig. Behandel jongens en meisjes gelijk waar mogelijk en verschillend waar nodig.

(Update 23-11-’24) Zijn jongens gelukkiger dan meisjes? Afgaand op het laatste rapport van de Kinderombudsman n.a.v. zelfrapportage lijkt dat wel zo. Fijn toch? Laten we geen problemen maken waar ze niet zijn. Maar laten zij wel het achterste van hun tong zien? Zij overschatten zichzelf vaak, bluffen beter (ook tegen zichzelf) en zwijgen liever over wat anderen als zwak kunnen zien. Zij scoren veel hoger bij onderprestatie in het onderwijs, (verkeers-)ongelukken, kleine criminaliteit, drank, drugs, gameverslaving, suïcide  etc. Onbezorgd of onbezonnen?  maar ouders en leerkrachten zitten soms met de handen in het haar.

  Kijk eerst waarderend naar wat zij al kunnen, zie hun plezier, waardeer hun pogingen er iets van te maken, dat geeft goede ingangen voor nader contact. Volwassenen hebben vaak moeite met jongens en zien niet altijd hun ontluikende talenten en kwaliteiten. Als jongens zich soms (zeer) hinderlijk gedragen trekt dat meer de aandacht dan wat daar achter zit. Vaak is het coping (een overlevingsstrategie): hoe zij omgaan met onzekerheid, stress, lastige opgaven, onmogelijk geachte uitdagingen met wat zij meekregen uit hun opvoeding en achtergrond.
  Kernvraag is hoe zij  zij reëel zelfvertrouwen kunnen ontwikkelen onder gelijke verhoudingen met bijvoorbeeld meisjes en vrouwen en respect voor anderen. Het is hún omgang met de uitdagingen van puberteit en adolescentie. Overmatig benadrukken van ‘giftige mannelijkheid’ of moraliseren stoot af.  Contact, steun en feedback helpen meer. Stimuleer nieuwsgierigheid en verwondering. Wees een voorbeeld.

  Hoe vinden jongens zín in hun bestaan? Wat raakt hen wezenlijk, in hun ziel, en hoe krijgen zij grip op hun leven? Hun energie, hun gevoelsleven en alle informatie die op hen afkomt? Wat hindert hen? Bijv. niet passend onderwijs, niet waar te maken beelden van ‘mannelijkheid’. Bestaansonzekerheid of gebrekkig toekomstperspectief.  Schuchter of extravert: waarin zijn zij van waarde, voor zichzelf, voor anderen, en wat hebben zij van anderen nodig? Ieder is immers een stukje van de puzzel. Hoe kunnen zij hun energie constructief gebruiken en zich met anderen verbinden? Vriendschappen sluiten, je organiseren, plezier in wat je doet, in wat je kunt bereiken, spelen, sporten, muziek maken, je gevoelsleven serieus nemen, partner zoeken, je ambities ontwikkelen en volgen? 

  De voorbeelden die jongens krijgen zijn nog te vaak beperkend en destructief. Het oude patriarchale vliegwiel van bluf, mannelijke dominantie en ‘laat je niet kennen‘ (wat een vreselijk advies) loopt nog door, maar jongens hebben meer in hun mars: wat voor man willen zíj worden? Wat zijn hun dromen? Waar liggen hun talenten. Niet iedereen kan alles. Wat heb jij anderen te bieden en wat heb jij van anderen nodig? Zij staan voor de opgave om hun eigen lijf en lust te leren kennen, hun soms impulsieve energie in goede banen te leiden, risico’s leren inschatten (denk aan de fatbikes), hun eigen emoties en gevoelens te onderzoeken, daarop te reflecteren en verantwoordelijkheid voor hun keuzes en daden te nemen. Zo kunnen zij hun innerlijke kompas ontwikkelen en een rol van betekenis vinden.

  Aanleg, hechting, opvoeding, de vroege voorbeelden en socialisatie leggen de basis voor verdere ontwikkeling. Nu groeien jongens gemiddeld wat onregelmatiger op dan meisjes. Zij zijn zeker de eerste 10-12 jaar in veel opzichten kwetsbaarder maar krijgen vaak onvoldoende emotionele steun en staan juist onder druk. Jongens hebben wat meer tijd nodig voor hun rijping en krijgen niet altijd de ruimte en steun om hun vaardigheden en talenten te ontdekken. Men verwacht dingen van hen waar ze nog niet aan toe zijn of die niet bij hen passen en krijgen soms verkeerde schooladviezen. Zij reageren met coping gedrag, afweer, soms afsluiting. Zij leren al vroeg om hun emoties en gevoelens voor zich te houden (voelen zich daarin kwetsbaar) en brengen die niet onder woorden maar reflecteren zo ook weinig op zichzelf en de gevolgen van hun gedrag voor zichzelf en hun omgeving. 

  Hun neurale en hormonale ontwikkeling verloopt op onderdelen anders. Zijn bij meisjes veel functiegebieden in hun brein van meet af aan meer verbonden, bij jongens ontwikkelen die zich aanvankelijk meer gescheiden. Sommige functies ontwikkelen zich sneller, denk hierbij aan beweging, ruimtelijke oriëntatie, experimenteren, andere langzamer: invoelingsvermogen, taal, vooruitzien, proporties zien, planning en meer executieve functies. Bij elk weer anders. Maar door iets mee te maken, máken zij de nodige verbindingen en ontwikkelen zij hun (zelf-)inzicht en zelfmanagement. Zij leren vaak door trial-and-error. Daarom hebben zij meer tijd nodig voor hun volledige rijping of integratie van verschillende functies: meisjes tot 23, jongens tot 25 jaar. 

  Hier goed op inspelen kan veel verschil maken in opvoeding en onderwijs. Volwassenen kunnen hen helpen door essentiële waarden over te dragen, dus ook voor te doen, met hen uit te zoeken wat voor hen werkelijk van waarde is, waar nodig ook duidelijke grenzen te stellen en te leren van eventuele fouten, anders waren die voor niets geweest.

Voor een ‘quick view’ zie overzicht items onder achtergronden(zie bovenbalk). Op de sitemap  vindt u allerlei aspecten en mijn aanbod uitgewerkt. Zie onder thema’s o.a. (link ->)  pagina over onderwijs en onder achtergronden (link met veel tips ->)  Communicatie met opgroeiende jongens.

Key issues zijn: veilige gehechtheid aan ouders (en andere nabije volwassenen); de belangrijke rol van vaders; de ontwikkeling van taal, invoelingsvermogen, sociale vaardigheden, zelfreflectie, communicatie en zelfmanagement van hun gevoelens. Daarmee krijgen jongens en jonge mannen meer keuzevrijheid (ook innerlijk) en zijn zij beter toegerust om hun sekse zelf in te vullen (gender) voor hun relaties en constructieve deelname en bijdragen aan de maatschappij.

De posities, perspectieven en rollen van mannen en vrouwen zijn volop in beweging. De soms bittere ‘voordelen’ van de oude positie van mannen in het patriarchaat maskeren de nadelen die mannen bij de traditionele rolverdeling ondervinden: ‘de achterkant van het patriarchaat‘ zoals bijv. gebrekkige reflectie en ontwikkeling van hun gevoelsleven, gebrek aan goed contact met partner en kinderen, werkelijke intimiteit en betekenis, eenzaamheid en vroege slijtage. Zij lijken te compenseren via materieel gewin, ‘macht over anderen’ in plaats van over zichzelf, hun emoties, gevoelens, gedachten en keuzes, en andere ‘voordelen’ compenseren.

Emancipatie van mannen en vrouwen is geen zero-sum game, integendeel; zij sluiten op elkaar aan en zijn uiteindelijk ook ook voorwaarde voor elkaar.

Het is de kunst voor (jonge) mannen om na te denken over wat zij meemaken: ‘de binnenkant van de male box‘ en zelf mee máken, verantwoordelijkheid te nemen voor de gevolgen van hun gedrag en betekenisvolle perspectieven te vinden, weg uit hun oude rol  en samen te werken met meisjes/vrouwen, ieder die zijn sekse zelf invult in samenwerking met anderen. 

Oorlog, polarisatie en het verlies van politieke samenhang & leiderschap veroorzaken veel spanningen. Er is alleen hoop als we er samen de schouders onder zetten. Vraagstukken inzake duurzaamheid, klimaat en globalisering plaatsen ons voor forse opgaven. De ‘invisible hand’ van de ‘vrije’ markt heeft zijn hand overspeeld, zie bijvoorbeeld de woningmarkt. Ook het werk verandert, denk bijvoorbeeld aan robots en AI. Veel jongens en (jonge) mannen zien nieuwe mogelijkheden voor een zinvol bestaan met een meer gelijke rolverdeling, beter zelfmanagement, ruimte voor hun gevoelens, aandacht voor opvoeding en verzorging en meer uitwisseling en intimiteit. Anderen laten zich helaas nog beperken door achterhaalde mannelijkheidscodes: wees ‘stoer’, ‘laat je niet kennen’, krijg macht over anderen, offer je mogelijkheden op om veel geld te verdienen, ongeacht de gevolgen voor anderen of het klimaat). Zij werken keihard om met de opbrengst van dat harde werken de dingen te kunnen kopen die moeten compenseren voor dat harde werk. Zij maskeren hun verdriet achter woede en wrok, verdoven hun verdriet via harde muziek, porno, agressie op straat en vinden weinig aansluiting buiten hun eigen ‘bubbel’
De coronacrisis heeft ook veel jongens flink geraakt. Sommigen zitten in een identiteitscrisis; hun gevoel van eigenwaarde is beschadigd. Dit maakt hen mikpunt van extreme rattenvangers die van hun kwetsbaarheid gebruik maken.

Jongens reageren soms anders dan meisjes; minder met (erkende) depressie maar vaker met agressie (vooral bij jongens met een hoog testosteron en lage cortisolspiegels, of door zich juist (extreem) af te sluiten. De vraag is wat zíj nodig hebben om invoelingsvermogen te ontwikkelen en hun eigen (soms seksuele) energie in goede banen te leiden. Als zij zich leren uitspreken, vooral ook over wat hen bezig houdt, kunnen zij steun zoeken bij elkaar en zich op constructieve wijze met anderen verbinden. In je eentje lukt het niet. Volwassenen kunnen hen bemoedigen en steunen.


Andere benadering 
Geen jongen is hetzelfde. Dus geen stereotypen, maar jongens vragen soms een andere benadering dan meisjes. Stil of extravert, ieder vult zijn sekse met zijn talenten anders in (gender). Ontken sekseverschillen niet, die bestaan; soms sterk, soms minder. De uitdaging is om díe recht te doen maar de daar aan gekoppelde ongelijkheden te bestrijden, zeker ook voor hen die buiten de binaire indeling vrouw/man vallen. (Zie tab achtergronden)

Kijk met jongens naar wat de toekomst ook hén te bieden heeft en wat zij de maatschappij kunnen bieden. Geef je rekenschap van wat zij in aanleg meekrijgen, van de voorbeelden die zij krijgen, van hun eigen vaak wat onregelmatiger ontwikkelingstempo, van wat er zoal op hen afkomt en inwerkt. Dat stelt hen voor eigen opgaven.

Zoek wat hén boeit en verwondert. ‘Fragen statt sagen’. Wat houdt hen bezig? Wat zijn hun vragen en motieven? Hun dilemma’s & valkuilen? Heb oog voor hun zoektocht naar zin en betekenis, hun experimenteergedrag, energie, dadendrang & groeiend zelfmanagement, Geef aandacht aan empathie en taal, reflectie en communicatie. Zie en wees nieuwsgierig naar wat zij meemaken en zelf mee máken! Natuurlijk maken ze daarbij ‘fouten’, als ze daar maar van leren, zo werkt de evolutie. ‘Heb je fouten lief’ anders zijn ze voor niets geweest.


Volwassenen
 kunnen met hun ervaring een grote rol spelen. Regel één is contact. Wees met hen nieuwsgierig, verwonder je, confronteer zo nodig kort en duidelijk, liefst met alternatieven, en heb vooral plezier in jongens en jonge mannen in al hun verscheidenheid; dán geven zij ook veel terug. 

Geef goede voorbeelden, zoek mét hen oplossingen, nieuwe wegen, inspireer! Geef zo nodig aanwijzingen op maat, richtingen, informatie, verschaf hen kennis, stel grenzen en geef vooral goede feedback! Help hen zich los te maken van oude beperkende sekserollen, zich te verzetten tegen geweld (bijv. tegen vrouwen, meisjes, seksuele minderheden) en daar ook anderen op aan te spreken en vooral ook samen te werken.


Onderwijs
 weet veel jongens niet te bereiken. Zij verzetten zich tegen de gangbare formats en voelen zich niet aangesproken. Sommigen missen de aansluiting bij de maatschappij. Hoe bereiken wij hen en krijgen we hun kwaliteiten en talenten beter in beeld? Wat kúnnen zij al, waar hebben zij plezier in, wat lokt hen? Wat kunnen zij voor anderen betekenen? Zie onderstaand boek en zie ook onder ’thema’s’ (bovenbalk)

boek ontwikkeling van jongens in het onderwijs

De ontwikkeling van Jongens in het onderwijs.
Context en praktijk van primair tot en met hoger onderwijs

Door: Lauk Woltring & Dick van der Wateren (red.) met Gerda Geerdink, Dolf Hautvast, Klaas-Wybo van der Hoek, Meinte Hornstra Moedt, Ineke Oenema, Henno Oldenbeuving, Louis Tavecchio & Johan Vermeer met een voorwoord van Jelle Jolles. Lannoo/Campus (1e druk juni 2019, 2e licht gewijzigde druk dec. 2019, 3e druk 2022). Mede n.a.v de Dag voor de Jeugdprofessional 2024 (SKJ en BPSW) 50% korting (tot 15/2/’25) mits via: https://www.lannoo.be/nl/de-ontwikkeling-van-jongens-het-onderwijs 

Dat maak ik zelf wel uit!?

Najaar 2017 verscheen de 6e herziene en aangevulde druk van mijn boek:
Dat maak ik zelf wel uit!? Werken met jongens: pedagogiek met gevoel voor sekse- en genderverschillen. Inspelen op aanleg, socialisatie en rijping.’

Actueel

  • Mannen en duurzaamheid, zijn er kantelpunten in hun ontwikkeling? Een essay op uitnodiging van duurzaam nieuws.nl in de reeks ‘kantelpunten inzake klimaat en duurzaamheid’ juni 2021
  • Het Platform ‘Jongens in balans’ staat open voor nieuwe leden met energie en tijd.  Zie de geheel vernieuwde website www.jongensinbalans.nl  

Functies

  • 302984832wqe

    Oprichter/lid Platform ‘Jongens in Balans’ en Expertisecentrum ‘Jongenstalent’ (later gefuseerd)

  • 302984832wqe

    Div. media, conferenties, adviesgroepen

  • 302984832wqe

    Lid Emancipator en Men Engage

  • 302984832wqe

    Consultant voor het Rots & Water Instituut

  • 302984832wqe

    v/h EU-Hermes project on Driver Education

  • 302984832wqe

    v/h EU expertgroup on Driver Education

  • 302984832wqe

    v/h lid Expertgroup Men & Masculinities/EU Institute on Gender Equality (Vilnius)

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.